Big Blue Bird

Zo lang ik mij kan herinneren heeft mijn achternaam (Vogel) tot de verbeelding gesproken. Uiteraard als kind, maar ook later, toen ik werkte op een activiteitencentrum voor mensen met een verstandelijke beperking, heb ik gedurende 10 jaar elk mogelijk grapje over vogelnesten, vogelkooien en vogelpoep voorbij horen komen; veel en vaak. Met als charmant hoogtepunt dat ik elke ochtend steevast werd begroet als Pinjo.

Nu een eigen bedrijfje lonkt, leveren het ontwerpen van een logo en een website nog vóór de daadwerkelijke inschrijving bij de Kamer van Koophandel al een hoop voorpret op. “Pinjo heeft een eigen bedrijf!!” roep ik trots. En daarmee is mijn bedrijfsnaam een feit, met een scheut Spaanse wijn en een verwijzing naar de wijsheid die we zo graag bezitten.

Het is in die voorbereidende fase dat ik op een middag in de tram de man zie instappen die mij elke ochtend Pinjo noemde. Hij durft mij niet aan te kijken, maar lijkt me wel te herkennen. Twee haltes verder hoor ik luid en duidelijk achter het omroepbericht aan “Pinjo, plassen”. Zijn grote doorgaans mopperende hoofd begint te stralen. Ja, ik was herkend.