Goed te doen

Mijn eerste ondernemersjaar zit er bijna op, tijd om de balans op te maken. Daar ben ik snel mee klaar: voldoende debet, weinig credit en veel niet declarabel werkplezier. Ik ben nog altijd verbaasd dat het zomaar is gelukt. Mijn ondernemersplan was dat ik het ging doen. Taalkundig juist (Van Dale: ondernemen = beginnen te doen) maar een wat wankele fundering. Ik had destijds geen marktonderzoek verricht, stel je voor dat daaruit kwam dat niemand op mij zat te wachten. Ik had geen SWOT-analyse gemaakt, want wat nou als ik geen schijn van kans maakte. Ik had geen contentkalender opgesteld, dan moest ik doorlopend een nieuwsfeit verzinnen, alle comments lezen en ook nog weloverwogen beantwoorden; een baan erbij dus in plaats van één minder. Ik had wel mijn spaargeld geteld en mezelf wat tijd gegeven.

Als kind had ik wel eens iets ondernomen. Snoep was bij ons thuis een buitenlands woord en zakgeld kreeg ik niet. Toen ik pennen moest verkopen voor het goede doel liet ik me dan ook verleiden om de prijs 2 kwartjes op te voeren. Het zwartwitpoeder lonkte, maar mijn innerlijk kompas liet steeds luider van zich horen. Als ik het eerlijk op zou biechten mocht ik het vast houden. Helaas was mijn moeder katholieker dan de paus en kon ik alle deuren weer langs met mijn kwartjes en mijn schuldbelijdenis. 

Later probeerde ik het nog een keer. Kalkies waren bij ons in de grote stad meer waard dan glazen knikkers. Dus rolde ik mijn knikkers zorgvuldig rond in een laagje DAS-klei en tamponneerde ze in aantrekkelijke pastelkleuren. Het ging een tijdje goed, totdat een onderzoekend klasgenootje zijn kalkie als krijtje gebruikte en op een glazen knikker stuitte. Ik was ontmaskerd en liet de duistere handel en haar verdienmodellen voortaan maar aan anderen over.

Dus waarom zou het deze keer wél lukken? Daar ben ik inmiddels achter. Door de jaren heen ben ik wat beter geworden in het opkomen voor mezelf, maar nog beter in het accepteren dat ik nu eenmaal niet zo’n assertief type ben. Liever hou ik de stemming erin, de troepen bij elkaar, de conflicten buiten de deur. Soms is dat irritant en wens ik mezelf een rappere en scherpere tong. Maar voortaan niet meer, want het betaalde zich dit jaar alsnog uit. In leuke opdrachten, die vanzelf op mijn pad kwamen. Door mensen die mij kennen of via die mensen, die weten wat ik kan en wie ik ben, mensen die het mij gunnen. Ik hoor het mijn vader weer zeggen: “Wie goed doet, goed ontmoet.” Op de drempel van het nieuwe jaar heb ik dan toch nog een verdienmodel gevonden. Het plan blijft verder ongewijzigd, ik blijf het gewoon doen.